3 april

Na het ontbijt gingen we eerst op zoek naar imodium voor de Jakke. Daarna liepen we nog wat rond en dronken we nog een warme choco (hier meestal met kaneel in) aan het station. Om 11 uur namen we de trein naar el nariz del diablo (een berg waar de trein stijl naar beneden zigzagt). Spijtig dat je niet zoals vroeger op het dak kon zitten. Nu is de trein vernieuwd. Het landschap onderweg was prachtig. We stopten aan het station in Sibambe voor lunch (een klein broodje en sapje). Er waren traditionele mensen aan het dansen in het station. Veel toeristen deden enthousiast mee, maar wij toch maar niet. Ik kocht nog een ketting van een kraampje en dan gingen we weer de trein op, terug naar Alausi. Daar gingen we nog een restaurantje binnen voor een goede lunch (ik uiteraard een broodje kaas, Jakke fajitas met rijst en een paar fritten). We haasten ons naar het hotel voor onze bagage en namen een taxi naar de bus. De bus stonk gigantisch naar knoflook, maar er stond een goede film op (my name is Khan). De bus deed er langer over om in Cuenca te raken dan we dachten. Toen we aankwamen was het al donker. We namen de taxi naar het hotel en gingen op zoek naar eten. We aten superlekker...eindelijk... In een bekend toeristisch restaurantje. Er is volgende zaterdag een groot salsaevenement, maar dan zijn we spijtig genoeg al weg.